Ben je ook je ziekte?
- Aleid Winkler

- 30 mrt
- 2 minuten om te lezen
Deze week vond ik een schrift van mijn dochter op bed. Ze had samen met een vriendinnetje in onze slaapkamer “doktertje” gespeeld. Op een bladzijde stond een test: “Hoe is het met …? 𝘉𝘦𝘯 𝘫𝘦 𝘦𝘳𝘨 𝘻𝘪𝘦𝘬, 𝘯𝘪𝘦𝘵 𝘩𝘦𝘦𝘭 𝘻𝘪𝘦𝘬, 𝘰𝘧 𝘯𝘪𝘦𝘵 𝘻𝘪𝘦𝘬?” Het deed me denken aan mijn werk én mijn eigen herstelproces.
Voordat ik met iemand een traject start, onderzoeken we samen aan de hand van een test of onbewuste emoties een rol spelen bij de klachten. Aanhoudende klachten gedragen zich namelijk vaak heel anders dan acute pijn. Maar wat me vooral raakte in het testje van mijn dochter, was de 𝗸𝗿𝗮𝗰𝗵𝘁 𝘃𝗮𝗻 𝘁𝗮𝗮𝗹 – iets dat ik in mijn werk veel inzet.
Tijdens mijn eigen herstel ontdekte ik hoe groot de invloed van woorden is. De manier waarop je tegen jezelf praat, bepaalt hoe je denkt en voelt. Vraag jezelf eens af:
💊 “𝘏𝘦𝘣 𝘪𝘬 𝘬𝘭𝘢𝘤𝘩𝘵𝘦𝘯, 𝘰𝘧 𝘨𝘦𝘦𝘧𝘵 𝘮𝘪𝘫𝘯 𝘭𝘪𝘤𝘩𝘢𝘢𝘮 𝘴𝘪𝘨𝘯𝘢𝘭𝘦𝘯?”
💊 “𝘉𝘦𝘯 𝘪𝘬 𝘦𝘦𝘯 𝘱𝘢𝘵𝘪ë𝘯𝘵, 𝘰𝘧 𝘥𝘰𝘦𝘵 𝘮𝘪𝘫𝘯 𝘭𝘪𝘤𝘩𝘢𝘢𝘮 𝘢𝘢𝘯 𝘩𝘦𝘳𝘴𝘵𝘦𝘭?”
Ons brein registreert wat we denken en neemt dat aan als waarheid. Als je jezelf steeds als “ziek” ziet, voelt dat definitief en vast. Maar zie je je lichaam als iets dat signalen geeft of herstellende is, dan ontstaat ruimte voor verandering. Het lijkt klein, maar het verschil tussen “ik ga sporten” en “ik ga naar de fysio” of tussen “ik moet rusten” en “ik neem een moment voor mezelf” is groot.
Dit gaat verder dan ziekte. Veel van hoe we onszelf zien – en wat we daarover zeggen, zoals “𝘇𝗼 𝗯𝗲𝗻 𝗶𝗸 𝗻𝘂 𝗲𝗲𝗻𝗺𝗮𝗮𝗹” – komt voort uit overlevingsstrategieën: “Ik ben een pleaser,” “Ik ben een perfectionist.” Maar dat is niet wie je bent, dat is wat je hebt gedaan om je aan te passen en te overleven.
De woorden waarmee je jezelf beschrijft, beïnvloeden je gedachten, gevoelens en zelfs je lichaam. Het schrift van mijn dochter laat prachtig zien hoe krachtig taal is – niet alleen in wat we tegen anderen zeggen, maar vooral in hoe we tegen onszelf praten.
Hoe kijk jij naar jezelf? Wat zou er veranderen als je anders met jezelf praat?





Opmerkingen